Jezus. Hoe komt het dat Zijn naam voor de één slechts een vloek is, een uit­drukking om een emotie kracht bij te zetten? En voor de ander werke­lijk alles in het leven, God Himself?

Eerlijk is eerlijk, het klinkt wat sprook­je­sachtig. Er was eens een man… Hij leefde lang gele­den… Ergens ver hier van­daan… Hij werd geboren uit een maagd… Hij stierf aan een kruis voor de zon­den van de men­sheid en stond op uit de dood… Is dit écht waar?

Het feit is in ieder geval dat deze man, die 2000 jaar gele­den ergens aan de andere kant van de wereld leefde, nog steeds een erg grote rol speelt in de lev­ens van velen. Op zijn minst een bij­zon­der iemand dus. Maar bij­zon­dere mensen, stri­jders voor wereld­vrede, met goede inten­ties en als mooie inspi­ratiebron, zijn er altijd geweest en zullen er altijd zijn. Nel­son Man­dela bijvoor­beeld was ook een mooi per­soon met goede daden en bedoelin­gen. Maar dat maakt hem nog niet direct tot God. Jezus zien als gewoon (bij­zon­der) mens of als God en Red­der is dus nog een wereld van ver­schil. Het ver­schil tussen het chris­ten zijn, geloven, of niet.

Plan A
Eerst even terug naar het allereer­ste begin. De Vader (God), de Zoon (Jezus) en de Heilige Geest Zijn dezelfde Per­soon. Ze wor­den meestal gewoon als God aange­duid en de Bij­bel leert ons dat ze er altijd al waren. In de Bij­bel staat ook dat God de wereld maakte. En niet zomaar een wereld. Een per­fecte wereld. Met per­fecte mensen. Mensen zon­der zor­gen en zon­der zon­den. Gods bedoel­ing was dat zij zouden leven voor eeuwig en eeuwig in volledige har­monie met God, anderen en zichzelf. Prachtig.

But what went wrong?
God gaf de mens alle vri­jheid om zelf keuzen te maken met slechts één beperk­ing: ze mochten niet eten van de boom van ken­nis van goed en kwaad. God waarschuwde hen: ze zouden dan ster­ven. Deze beperk­ing gebruikte de vijand van God, Satan, om de mens te mis­lei­den. Adam en Eva zwicht­ten en aten van de boom. God kon deze onge­hoorza­amheid sim­pel­weg niet door de vingers zien. In deze wereld is niets vol­maakt en daarom is dit voor ons miss­chien lastig te begri­jpen, maar een en al per­fec­tie (God) en imper­fec­tie (de mens na de zon­de­val) gaan niet samen. Water en vuur krijg je toch ook niet bij elkaar? Goed en fout ook niet. Een eeuwige schei­d­ing tussen God en de mens was het gevolg. Geen leven meer voor eeuwig en eeuwig. De mens zou sterven…

Plan B
God was hier niet blij mee. Sterker nog, het deed Hem immens ver­driet. De mens, die Hij had geschapen naar Zijn even­beeld en van wie Hij zo veel hield, kón niet meer bij Hem zijn. Maar God bedacht een plan B. Een back-up idee. Hij besloot zelf naar de wereld te komen om de straf te dra­gen die de mens had ver­di­end voor zijn onge­hoorza­amheid. En die God als mens, dat is dus Jezus. Plan A was prachtig, maar plan B is min­stens zo mooi. In de Bij­bel staat het als volgt:

Want God had de wereld zo lief, dat Hij Zijn enige zoon heeft gegeven, zodat een ieder die in Hem gelooft niet ver­loren gaat, maar eeuwig leven leeft. (Joh. 3:16)

In plan A was het Gods bedoel­ing dat de mens voor eeuwig met Hem zou leven. In plan B pre­cies hetzelfde!

God als mens
Jezus was mens. Dat wil zeggen: Hij kende pre­cies dezelfde behoeften en ver­lan­gens als wij. Hij kon lachen van bli­jd­schap en huilen van ver­driet. Herken­baar. Maar er was wel een ver­schil. Hij leefde dit leven, zon­der ook maar één zonde te begaan. En niet omdat dat zo gemakke­lijk voor Hem was. Hij was weliswaar God, maar Hij werd geheel mens. Hij besloot om niet te zondi­gen. En dat besluit was sterk. Het doel wat hij voor ogen had, onze red­ding, achtte Hij veel hoger dan Zijn eigen aardse leven. Het was de reden van Zijn bestaan op aarde. Jezus een softie? Wel­nee. Wat moet je ongelooflijk sterk zijn om nooit een zonde te begaan. Geen ander mens is het ooit gelukt. Kracht en soft­heid, het lijkt me een vreemde combi.

Wat deed Jezus dan?
Een aan­tal van Jezus’ vrien­den, Zijn discipe­len, schreven de ver­halen over zijn leven op. Deze ver­halen, getu­igenis­sen, zijn te vin­den in het tweede gedeelte van de Bij­bel, het Nieuwe Tes­ta­ment. Jezus trok erop uit om de liefde van God, Zijn Vader, aan de wereld bek­end te maken. Hij leerde de mensen dat je God lief moet hebben boven alles, en je naaste als jezelf. Hij genas zieken en wekte doden zelfs tot leven. De mensen die in zon­den leef­den, waaron­der pros­tituees en tol­lenaars, zocht Hij op om hen het goede nieuws te vertellen. Maar hoewel veel mensen zijn won­deren zagen en in hem geloof­den, had hij ook veel vijan­den die uit waren op zijn dood. Op Goede Vri­jdag wordt her­dacht dat Jezus stierf aan een kruis. Klinkt als een jam­mer­lijk einde van een mooi begin…

Feest!!
Maar het tegen­deel bleek waar. Hij stierf, maar stond drie dagen later weer op uit de dood, pre­cies zoals Hij daar­voor tegen zijn vrien­den had gezegd. Jezus had de dood en de zon­den van de hele wereld over­won­nen. Wat een feest! Plan B was gelukt. Alleen Hij, een volledig vol­maakt Iemand zon­der zon­den, kon de straf dra­gen. Door Zijn dood kun­nen wij weer eeuwig leven kri­j­gen. Het enige dat we daar­voor hoeven te doen is aan Jezus vergev­ing voor onze zon­den te vra­gen. Jezus zegt dat Hij aan de deur van je hart staat en klopt. Als je open­doet, zal Hij bin­nenkomen en zal Zijn Heilige Geest in je hart komen wonen. Dat is het moment dat je het nieuwe leven ont­vangt.

Jezus. Iemand aan wie je alleen je jaar­lijkse vrije feestda­gen hebt te danken of… ook je leven?